Zomaar een titel van een artikel ergens uit de jaren ’80. En hoewel geïnteresseerden, cliënten en goed opgeleid professionals anno 2023 beter (horen te) weten galmt de gewetenloosheid van ‘De Verslaafde’ nog steeds door onze maatschappij. Het stigma rond verslaving is ver van verdwenen en heeft blijvende aandacht nodig om het de plek in het verleden te geven waar het hoort.

Het AD berichtte onlangs in een terugblik op de jaren tachtig nog als volgt:“Met name de kleine criminaliteit was (jaren 80 Red.) een snel groeiend probleem: ‘Elke minuut vier misdrijven’, kopte bijvoorbeeld De Telegraaf. De heroïne-epidemie was op zijn top. Begin jaren 80  stroopten 30.000 junks de straten af op zoek naar alles wat ze maar pikken konden om hun shots mee te verdienen. De Volkskrant beschrijft het Oude Westen in Rotterdam als de heroïnehel op aarde”. Het vergt natuurlijk veel van de mens om de woorden junks, strooptocht, hel en misdrijven af te wegen tegen ‘gevolgen van een ziekte’. Misschien werd er hierin ook wel teveel gevraagd van de lezer en te weinig gegeven door overheid en media. Maar wat wisten ze zelf eigenlijk?

In navolging van de ‘onheil rapporterende’ media ontwikkelde onze overheid een verslavingsbeleid dat gericht was op de-criminalisering en handhaving van de openbare orde. Wat uitbleef was onderzoek naar onderliggende psychopathologie en ontwikkeling van de ziekte, (die in die jaren in Nederland zeker niet als ziekte werd gezien, of alleen in theorie werd benoemd als ziekte). Opvallend genoeg was juist in de jaren vóór opkomst van de heroïne ruime aandacht en mogelijkheid voor onderzoek naar onderliggende psychopathologie bij middelen afhankelijkheid (zie ook eerdere artikelen).

De tijd waarin heroïne de maatschappij overspoelde bleek de vruchtbare bodem voor het stigma waar we vandaag mee af dienen te rekenen. In deze periode leek verslaving immers een keuze, parasiteren op de maatschappij, verslaafden waren lamlendige criminelen en mensen zonder ruggengraat die te slap zijn om iets te presenteren. In de kop boven dit artikel gebruik ik de term ‘De Verslaafde..‘ wat op zich al uitnodigend is om het stigma te behouden. Verslaving is immers iets wat iemand heeft en niet wie of wat iemand is.

In publieke discussies werd destijds verwezen naar de cijfers van de criminaliteit die maat vormden voor een ‘harde aanpak’. Hierdoor verstomde de discussie op het moment dat deze juist voortgezet had moeten worden. Feiten vergelijken, openstaan voor invalshoeken van de ander en de wetenschap niet altijd bekritiseren (zoo Hollands..) was, en ís de enige manier samen verder te komen in deze gemeenschappelijke kwestie. Want mensen met een verslaving zijn geen gewetenloze criminelen. Ze hebben ergens in het leven een ontwikkeling doorgemaakt die ze minder verbonden liet voelen met zichzelf en/of anderen. De verdoving van gevoel of gebrek aan gevoel werd ontwikkeld tot primair levensdoel door invloed van veroorzakende biologische, Psychologische en Sociale factoren. Een ziekte dus, zonder mitsen of maren die men ook niet bij andere ziektes ter discussie stelt.

Verslaving is de ziekte van tegenstellingen, in alle opzichten. De verslaafde wil verdoven maar krijgt juist meer pijn, wil zich aangesloten voelen maar eindigt in eenzaamheid. Wanneer ze op zoek zijn naar acceptatie van anderen zien we juist de groei tot lastpak van de  maatschappij en zelfs hun eigen familie heeft er een keer genoeg van. Door te blijven gebruiken in de hoop te verdoven wordt alles erger. De verbinding die ze missen wordt steeds groter en lijkt steeds verder weg, de verdoving werkt niet meer. En hoe langer ze in gebruik zijn, hoe lastiger het wordt om met emoties om te gaan.

Ook hoe de maatschappij tegen verslaving aankijkt heeft deze tegenstelling in zich. De ‘gewetenloze’ verslaafde is juist een overgevoelig mens die verlangt naar verbinding, maar niet weet hoe, en ’tot die tijd’ maar blijft verdoven en alles zal verergeren voor zichzelf. Gebruik brengt immers niets, en neemt alleen maar, en het neemt alles.

Wanneer verslaafden hulp willen is het van belang om na fysieke ontgifting te beginnen aan behandeling. In de behandeling, waarin abstinentie een voorwaarde is, wordt als eerste het inzicht in het ziektebeeld vergroot. Hierdoor leert de verslaafde zichzelf en haar of zijn aandoening beter kennen. Het leren kennen van gevoel is vast onderdeel van het opstarten van de dag. Het is dus van belang te leren voelen.  Als iemand weet hoe zij of hij zich voelt, weten ze ook hoe het met ze gaat, of ze veranderen en of ze iets moeten veranderen in gedrag of omgang met zichzelf. Om leren gaan met emoties is ook van belang als ze zichzelf willen behoeden voor een terugval in gedrag of gebruik. Uiteindelijk is het de emotie die ze terugbrengt naar de plek waar ze ze graag niet meer willen zijn. De opbouw naar het beleven van deze emoties kan vaak worden voorkomen. Hierin is het van belang om te leren wat externe triggers zijn. Deze triggers bestaan uit mensen, plaatsen, dingen, geuren , geluiden, momenten, tijdstippen, periodes, seizoenen (en nog veel meer), die een directe verbinding met gebruik hebben of hadden. Door deze triggers in kaart te brengen en te leren wat ze kunnen doen bij blootstelling aan deze triggers zijn ze al een heel eind op weg.

Het is van belang om ruimte, dus tijd te creëren tussen het ‘ervaren’ van de triggers en de emotie die daar bij hoort. Ruimte wordt gecreëerd door de trigger bewust te maken door deze van te voren vast te leggen. Vervolgens is het van belang dat de trigger z.s.m. besproken wordt met iemand anders die het begrijpt. Juist het contact met een therapeut, sponsor of fellow kan helend werken na het ervaren van een trigger. Wanneer iemand zich begrepen voelt en er gedeeld is blijft de oude emotie, waarop vroeger gebruikt werd, vaak uit of wordt minder heftig ervaren. Op deze manier leidt het voelen van een emotie dus niet tot gebruik doordat de trigger die deze emotie veroorzaakt is besproken met iemand. Het is ook helpend om na het ervaren van de trigger uit de situatie te gaan, een andere omgeving op te zoeken of te herinneren wat er in het verleden is gebeurt na gebruik op deze trigger.

Wat bij verslaving in geen geval helpt is exposure oefeningen. Blootstellen aan het middel, trigger of gedrag werkt juist averechts in verslavingsbehandelingen. De boodschap bestaat juist uit het vermijden van triggers in de hoop dat er voldoende Herstel is opgebouwd om er toch mee om te gaan wanneer ze onvermijdelijk zijn.

Slim zijn is beter dan sterk zijn. Sterk zijn staat voor kracht, wilskracht zelfs. Hoewel wilskracht noodzakelijk is het proces van herstel aan te gaan is het niet voldoende om in Herstel te blijven. Slim zijn dus, en in blijven checken hoe iemand zich voelt.

In deel vier van Elsden de Podcast hebben we op een eenvoudige wijze de samenhang tussen verslaving en emotie uitgelegd.

Luister hier (Spotify) of via andere podcast platforms naar Elsden de Podcast, gepresenteerd door Koos van Plateringen en mijzelf.

Dus is ‘De Verslaafde’ gewetenloos? Verre van dat, want ‘De Verslaafde..’ bestaat niet.

 

 

Meino de Vries